Home
>
Blog
>
Die Burg des Fischerkönigs

Die Burg des Fischerkönigs

Von

Mieke Mosmuller

03-12-2014 7 Kommentare Print!
Das Bild von Platos Höhle findet im Mittelalter (12. Jahrhundert) in der Parzival-Sage eine neue Gestalt. Erzählt wird von einer Burg, ‘unnahbar unseren Schritten’. Es gibt zwei berühmte Versionen dieser Sage, eine deutsche von Wolfram von Eschenbach und eine ältere französische von Chrestien de Troyes. Die Geschichte nach Wolfram von Eschenbach ist poetisch geschrieben und, obwohl es ein mystisches Gedicht ist, voll reichen Humors; es ist eine vollständige Erzählung. Die Erzählung nach Chrestien de Troyes ist als Geschichte geschrieben und lässt die mystische Seite stärker erleben; die Geschichte hat kein befriedigendes Ende.

Die Burg ist ein Bild für die Höhle, in der der ‘verwundete Mensch’ bleibt, es scheint eine Imagination des menschlichen Schädels zu sein. Darin wohnt der Fischerkönig, le roi pecheur, dieser verwundete Mensch, und sein Vater, der von der Hostie lebt. Darin findet man das Bild für den menschlichen Gegensatz: der verwundete Mensch und der reine Mensch. Parzival kommt während seiner Reisen versehentlich zu der Burg, der man sich nicht zu nähern vermag. Er hat den Weg nicht gesucht, die Burg nicht gesucht, sondern findet sie. Er wird eingeladen, an dem Mahl teilzunehmen. Er sieht ein Gefolge hereinkommen, eine schöne Jungfrau trägt eine goldene, mit Edelsteinen besetzte Schale, ‘einen Gral’. Darin liegt eine Hostie für den alten Vater, den man nicht sieht. Auch eine blutende Lanze wird in dem Gefolge getragen.


Parzival schaut dies alles, ohne es zu verstehen, an und fragt nicht nach der Bedeutung. Er hat gelernt, dass es unhöflich ist zu fragen. Früher war er ein unbesonnener Jüngling ohne Kenntnis jedweder Regeln, wodurch er eine Dummheit nach der anderen beging. Nun jedoch ist er, durch seinen Lehrer Gurnemanz, wohlerzogen, und er fragt nicht. Am nächsten Morgen ist die Burg verlassen; die Räume, in denen er das wundersame Geschehen angeschaut hatte, sind fest verschlossen, die Zugbrücke ist niedergelassen, doch es ist niemand da, um Abschied von ihm zu nehmen. Allmählich kommt er dahinter, dass er einen großen Fehler begangen hat, indem er so schweigsam gewesen war und nicht gefragt hatte...

Indem das Leben tagsüber einerseits in Begierde weckenden Sinneseindrücken und Gedankengängen und andererseits im Haben und Stillen von Hunger und Durst verläuft, ist der eigentliche denkende Mensch, der geistige Mensch, von der Begierde verwundet. Parallel dazu verläuft ein reines Geschehen, bei dem das Reinste aus den Sinneseindrücken und das Reinste aus der Nahrung eine Substanz bilden, die allein den reinen und heiligen Menschen ernähren kann. Dies sind Bilder für den abstrakt denkenden Menschen, der von dem wahren geistigen Dasein abgeschlossen ist, und für denjenigen Menschen, der er zu werden vermag. Doch um den verwundeten König zu heilen, muss Parzival kommen und die richtige Frage stellen – er kommt, und stellt keine Frage...

‘Der Junker, der diese Nacht neu dorthin gekommen war, sah dieses Wunder, jedoch enthielt er sich der Frage, wie dieses geschah; denn er war eingedenk der Warnung dessen, der ihn zum Ritter schlug, der ihn lehrte und unterwies, er solle sich hüten, zu viel zu reden. Er fürchtet daher, wenn er danach fragte, würde man es ihm als Schande auslegen; deshalb fragte er nicht.’ (Perceval ou le conte du Graal, Chrestien de Troyes).

Die Burg des Fischerkönigs
Eine Szene aus dem “Perceval” von Chrétien de Troyes: Parzival empfängt aus den Händen des Fischerkönigs ein Schwert.
Die Burg des Fischerkönigs Von Mieke Mosmuller

Geben Sie einen Kommentar





Kommentare
  • Von @
    Mooi blogartikel over dit onderwerp. Veel dank Mieke! Er is ook nog een derde vertelling over de visserkoning, Amfortas, en daarmee natuurlijk ook over Parsifal, namelijk het liberetto, en de muzikale uitvoering ervan, Parsifal van Richard Wagner. Daarover en inhoudelijk over het onderwerp zelf, het lijden en de zin van het lijden van Amfortas, zijn verduisterd bewustzijn en ondragelijk lijden, schreef ik begin deze maand een kort blogbericht: 'Open wond' (Cahier, 1 december 2014), internetadres: http://johnwervenbos.blogspot.nl/2014/12/open-wond.html
    • Von Mieke Mosmuller @
      Ja, deze opera van Wagner is mij - ondanks mijn grote liefde voor Bach - het allerliefst! Bijzonder dat we zo tegelijk dit thema hebben, ik schreef deze tekst afgelopen maandag, de datum van je cahier!
  • Von Michiel Suurmond @
    Grappig: ik vatte Plato's allegorie van de grot altijd op als een ... allegorie, een zeer betekenisvolle, wijze en diepzinnige allegorie weliswaar, maar een allegorie, d.w.z. een tamelijk willekeurig 'onwerkelijk', 'symbolisch' beeld voor iets anders, in dit geval Plato's ideeënleer. Tot ik vorige week de weergave op deze site las en me afvroeg of Plato's grot niet een 'oude vorm' was van de Burcht van de Visserskoning uit de Parsival-sage. In dat beeld zag ik, mede dankzij Rudolf Meyers 'Het mysterie van de Graal', meer dan alleen een allegorie, namelijk, zoals hierboven staat, een 'im....... [een woord dat ik niet zomaar in de mond wil nemen] van de menselijke schedel'. En dan nu deze blogtekst... Dank!
  • Von Theophil Urech @
    Können wir folgenden Widerspruch zu etwas sinnvollem machen?:

    Lebende fragen nicht - fragende leben.
    • Von Mieke Mosmuller @
      Es gibt sicher mehrere Möglichkeiten...

      Wer wirklich lebt, im Denken, braucht nicht zu fragen, weil der Mensch dann in seiner Wesenheit Frage ist. Und gerade deshalb, als fragende Wesenheit, lebt sie.
  • Von Marie Anne Paepe @
    Wie ooit de film 'The Matrix' zag, herkent hierin waarschijnlijk het 'hedendaagse' beeld van Plato's grot - ook al is de matrix dan geen grot maar een voedingsvat waarin de menselijke hersenen aangesloten op een grandioze computer die computer dienen, ter compensatie krijgen de breinen de illusie van te leven in ja onze wereld die dus slechts een schijnwereld is. Een hacker breekt uit ... komt in de werkelijkheid en wil de anderen bevrijden.

    Maar onvoorbereid is het huiveringwekkend om 'bevrijd' uit de grot of uit de matrix de werkelijkheid binnen te komen, want je komt aan de afgrond met de mogelijkheid dat je alle grond verliest en misschien wil je dan het liefst zo vlug mogelijk de grot of de matrix weer in.
    In het beeld van de grot van Plato, als het ware vernieuwd in het verhaal van Parsifal en in de film The Matrix hoor ik de oproep tot scholing om schijn van werkelijkheid te kunnen onderscheiden, om stand te kunnen houden in wat werkelijk waar is, wat die werkelijkheid dan ook moge zijn.
  • Von Machteld Rippen-Veenker @


    Lieve Mieke, misschien trap ik wel een wijd open deur in, dat wil zeggen dat je dat allang ergens hebt verteld, maar hier zijn we met drie mensen De wijsheid is een vrouw aan het lezen. Ook ben ik weer aan het luisteren naar het muziekverhaal van Parzival van Wagner…en daar kwam ineens jouw blog! En ook ineens vielen mij (nu pas :) de gelijkenissen op tussen jouw woorden over Parzival en het verhaal dat het boek De wijsheid is een vrouw verteld – een heel verhaal vertellend van eigentijdse mensen die ieder op hun eigen wijze met leeuwenmoed en kracht leven. Vertellend over een vader voor wie ‘elke dag een gebed is’, fruitboer is en in alle stilte en geduld en schoonheid zijn wijze gave bij zich houdt en. De vader weet de bron van zijn geschenk, maar spreekt daar uit zichzelf niet over. Glanzend staat hij zijn twee kinderen als een engel bij. Vertellend over deze twee dochters, een twee-eiige tweeling - de jongste Maria, het wijze kind dat strijd met haar innigste leven en het leven dat haar zoveel zover daar vandaan vraagt te doen en de oudste, het wijze gewonde kind, Agnes, die strijd met haar hartstochten.
    En vertellend van hun gezamenlijke vriend Johannes, die met zijn gezin en zijn beste vriend, een oosterse wijze, in een spiritueel centrum in Zwitserland woont en werkt -het beoefenen van het westerse mediteren.

    De vader zegt uit zichzelf niet zo veel. Een vraag beantwoord hij altijd – hij gaat er rustig voor zitten op een oude boomstronk en het antwoord dat hij geeft getuigt steeds van een grote wijsheid en warme meelevende liefde. Een stille koning is hij. Een zoals bijvoorbeeld koning Arthur was maar dan zonder kasteel en ridders.
    Zijn oudste dochter Agnes leeft haar leven volop haar eigen wijze. Zij is knap, studeert gemakkelijk en lijkt als vanzelf door alle kruispunten van haar leven heen te gaan. De jongste van de tweeling, Maria leeft natuurlijk ook op haar eigen wijze. Zij steekt elk kruispunt rustig over en heeft vele vragen.. En zij studeert net als haar zus geneeskunde. Zij spreekt vaak met haar vader, wanneer ze hem nodig heeft en wanneer zij een vraag heeft. Zo zitten ze samen vele uren op de oude boomstronk in hun grote tuin. De tuin is hun paradijs, naast het kasteel. Voor Maria is haar vader een bron van troostende antwoorden en warmte, ook als zij zichzelf als opstandig ziet. Hij is haar voorbeeld. De twee zusjes die jonge vrouwen en vrouwen worden, hebben een hechte band. Agnes is onuitputtelijk in haar levensuitingen – van liefdesverklaringen tot jaloezie en haat is zij een hartstochtelijke vrouw. Zij wil een avontuurlijke ridder zijn, zonder eed. Maria is eenzaam in haar diepe bezonnenheid en gelijkmoedigheid. Zij kijkt, aanschouwt en ziet en strijdt aanhoudend dapper in zichzelf. Haar strijd ziet haarscherp de veruiterlijking van haar studie waarin het abstraherend worden van alle levensbewegingen die het leven van iedereen lijken te ontnemen.

    Na haar studie kan zij een ambitieus doel niet meer vinden in haar beroep. Wel in het klein in de mensen om haar heen. Het is een kwellend uithouden van haar gouden waarden die diep verstopt blijven omdat niemand ze ziet en ze ook niet wil horen. Zij ziet dat het uiterlijke leven het innerlijke verhardt en vernietigt en haar smachten naar de rustige wijsheid wordt zo continu op de hielen gezeten als in een doodlopende steeg..maar dan kent ze Jean nog niet.
    Zo zijn beide zussen ridderlijke prinsessen, om bij Parcival te blijven, waarvan de ene de hostie nog moet ontberen en de ander de heilige schaal niet kan bevatten, om de gelijkenis te leggen met Parcival.

    Wanneer de oude vader sterft, is Agnes plotseling kompleet ontroostbaar - ze wilde zo graag zoveel nog met haar vader bespreken en aan hem vragen en met hem zitten, net als haar zus. Zij haat haar zus, ze is jaloers, zij springt alle kanten uit – en in dat springen is zij behalve onuitspreekbaar wispelturig ook af en toe komisch. En zij beseft ten diepste dat deze wens te laat komt.. Misschien moest haar vader wel sterven om deze diepste wens te kunnen vinden. Eender als in het verhaal van Parcival, zij zag het wonder in haar vader en kon niet vragen. Zij ziet het in haar zus en van verdriet sluit zij haar hart - voor haar zus, voor haar man, voor haar vier kinderen, voor haar vriend Johannes…Een onrijpe vrucht moet rijpen - er is namelijk nu een hele duidelijke vraag - wat moet ze nu doen met haar hartfalen? Wat kan ik doen? is de vraag die uit een immense onvrede invoelend op komt. Zij besluit Johannes op te zoeken. En dat is precies wat haar tweelingzus op hetzelfde moment ook besluit te doen. Maria beseft dat alles zo anders is geworden zonder haar lieve wijze vader. Haar man Jean lijkt niet zo blij met dit contact. Hij lijkt er bang voor te zijn, maar gaat toch ook mee naar de Zwitserse bergen..het ‘kasteel met de ridders en hun innerlijk oprecht afgelegde eden’, om weer bij Parcival aan te sluiten.

    De woorden van jouw blog van deze week Mieke passen toch in dit verhaal. En omdat ik ineens zag dat jouw boek De wijsheid is een vrouw eenzelfde verhaal over ons vertelt, over mensen van de 21ste eeuw, wilde ik het opschrijven. En ook werd me weer iets duidelijker waarom vragen stellen een kunst op zich is. Vragen vinden vaak hun weg zelf naar het antwoord. Maar een vraag kan ook plotseling verdwenen zijn op het moment dat hij wel gesteld kan worden. Of de vraag die we wel stellen kan ook een hele andere blijken te zijn dan die we zouden willen stellen. En de vraag die we willen stellen is niet paraat. . Wel grappig en ook lastig. Ik heb het vragen stellen niet echt geleerd - ik denk voornamelijk omdat er geen tijd voor was in een gezin met zeven kinderen. En ik vraag me ineens af of mijn twee kinderen mij wel genoeg vragen konden stellen in mijn drukte van leven. En hoe kinderen van nu als hun ouders beiden werken, of de alleenstaande moeder als haar kinderen 5 jaar zijn en zij moet werken, nog tijd kunnen vinden om rustig op een boomstam te zitten en vragen te beantwoorden. Het opschrijven doet het al vreemd lijken, zover ligt dat weg.

    Toch is het mooi om besef te vinden en dat zullen onze kinderen hopelijk ook kunnen vinden.