De ware broederlijkheid is de zorg voor het fysieke welzijn van de naaste. Daartoe behoort ook de bestrijding van de armoede. Maar als eerste geldt de zorg voor het lichaam.
Gesprek met een wetgeleerde; gelijkenis van een barmhartige Samaritaan (Lukas 10, 25-38)
Daar kwam een wetgeleerde naar Hem toe om Hem op de proef te stellen. âRabbi,â zei hij, âwat moet ik doen om deel te krijgen aan het eeuwig leven?â Hij zei tegen hem: âWat staat er in de wet geschreven? Hoe leest u dat? Hij gaf ten antwoord: âU zult de Heer uw God liefhebben met heel uw hart, met heel uw ziel, met heel uw kracht en met heel uw verstand, en uw naaste als uzelf.â Hij zei tegen hem: âJuist geantwoord! Doe dat en u zult leven.â
Maar hij wilde zich rechtvaardigen en vroeg aan Jezus: âJa maar, wie is mijn naaste?â Jezus nam weer het woord en zei: âOp reis van Jeruzalem naar Jericho viel iemand in handen van rovers. Ze schudden hem uit, mishandelden hem en lieten hem halfdood achter. Toevallig kwam er een priester langs die weg; hij zag hem, maar liep in een boog om hem heen. Ook een Leviet die voorbijkwam en hem zag, liep in een boog om hem heen. Toen kwam er een Samaritaan langs die op reis was; hij zag hem en was ten diepste met hem begaan. Hij ging naar hem toe, goot olie en wijn op zijn wonden en verbond ze. Toen zette hij hem op zijn eigen rijdier en bracht hem naar een herberg, waar hij hem verder verzorgde. De volgende ochtend haalde hij twee denariĂ«n tevoorschijn en gaf ze aan de waard. âZorg voor hem,â zei hij, âen als u nog meer kosten moet maken, zal ik ze u op mijn terugreis vergoeden.â Wie van die drie is naar uw mening de naaste geweest van de man die in handen van de rovers was gevallen?â Hij zei: âHij die hem barmhartigheid heeft bewezen.â Jezus zei tegen hem: âDoe dan voortaan net als hij.â
In de eerste wereldoorlog kreeg Rudolf Steiner de vraag of hij raad kon geven aan de verplegers/sters van de oorlogsgewonden. Hij gaf toen een cursus, die de titel kreeg 'Samariter-Kurs'. In deze cursus gaf hij een spreuk, die uitdrukt wat de hoofdzaak is. Deze spreuk klonk tevens in de voordracht van 13 september 1914 in MĂŒnchen, waarin enerzijds gesproken werd over een samenhang met de volksgeest - die in oorlogstijd scheidend werkt tussen de verschillende volkeren - anderzijds over deze alle scheidende impulsen overstijgende verenigende Christus-kracht, uitgaande van de verhouding van het ene ik met het andere ik.
So lang du den Schmerz erfĂŒhlest, Der mich meidet, Ist Christus unerkannt Im Weltenwesen wirkend; Denn schwach nur bleibt der Geist, Wenn er allein im eignen Leibe Des LeidesfĂŒhlens mĂ€chtig ist.
|
Zo lang jij de pijn voelt, Die mij mijdt, Is Christus niet gekend In het wereldwezen werkend; Want zwak slechts blijft de geest Wanneer hij alleen in het eigen lichaam Tot het voelen van het lijden in staat is. |

De barmhartige Samaritaan, Rembrandt van Rijn.
Barmhartige Samaritaan door Mieke Mosmuller