De idee van de idee is iets heel bijzonders. Het is niet alleen een nieuwe idee te midden van andere ideeën. Alle begrippen, alle ideeën die we hebben en die we kunnen vormen zijn er om te begrijpen wat we maar kunnen waarnemen. Ze staan als het ware geheel tot onze dienst.
Tevens zijn we begaafd met zintuigen, zij zijn er voor ons om alles om ons heen waar te nemen, evenals ook in ons. Waarneming en denken zijn twee geheel verschillende dingen die, wanneer ze worden samengebracht, onze kennis vormen.
Maar bij het vormen van de idee van de idee gebeurt er iets geheel nieuws. Met welk zintuig nemen we het denken waar? Hoe vormen we de idee van deze waarneming? Het is het denken zelf dat als een zintuig werkt wanneer we trachten het denken waar te nemen. Ik bedoel natuurlijk niet het waarnemen van gedachten, want dat is iets wat we voortdurend doen, anders zouden we niet weten wat we denken. De idee van de idee is de idee van het denken als een geheel, in zijn omvattende werkzaamheid. Maar het zintuig dat deze waarneming mogelijk maakt is het denken zelf.
En toch was deze idee van het denken er tevoren niet. Het is niet een natuurlijk proces dat optreedt in het gewone aardeleven. Het treedt nooit spontaan op. Het is een stap die moet worden gezet met wil, omdat we die willen zetten. En wanneer we dat doen realiseren we ons dat er iets wonderbaarlijks gebeurt: Voor het eerst in ons bestaan ziet het begripsdenken het begripsdenken. Begrijpen ziet het begrijpen - het ziet zichzelf. En omdat begrijpen onmiddellijk door het begrijpen wordt begrepen - we hoeven geen begrippen te vormen van iets wat al begrip is, we zien het begrijpend - hebben we een volledig bewuste directe intuïtie van het denken zelf: we hebben de idee van de idee gevonden.
Het is niet iets uiterlijks dat eerst moet worden waargenomen en waarover vervolgens moet worden nagedacht. Het denken zelf toont zichzelf door het denken. Het is geen filosofisch spel dat hier gespeeld wordt, er treedt een feit op, er gebeurt iets. Het is het meest belangrijke wat gebeuren kan en we weten dat het het eerste feit is dat we zelf hebben voortgebracht, zonder tussenkomst van wie of wat ook, en dat het er niet zou zijn wanneer we het niet zelf tot leven hadden gebracht door onze vrije wil.
Maar het is niet alleen een daad van vrije wil, het is tevens een omkeren van onze blik van de wereld van de fysieke zintuigen naar het fysieke, naar de spirituele wereld die het denken zelf is.
De ideeën bestaan altijd in ons omdat we ze hebben gevormd, maar het ding dat wordt waargenomen en waarover wordt gedacht blijft buiten ons denken. Als we echter het denken zelf waarnemen, wat dan tevens betekent dat we het begrijpen, dat we de idee ervan hebben, dan is het ding dat waargenomen is en gedacht is geheel en al een en het zelfde als onze geest. Het is in onze geest, het is onze geest.
'Bij het observeren van het denken doorschouwt de mens het wereldgebeuren. Hij behoeft hier niet naar een idee van dit wereldgebeuren te zoeken, want dit gebeuren is de idee zelf. De in het overige beleefde eenheid van aanschouwing en idee is hier beleven van de aanschouwelijk geworden geestelijke aard van de ideeënwereld. De mens die deze in zichzelf rustende activiteit aanschouwt, voelt de vrijheid.' (R. Steiner, Goethes Weltanschauung).
Aartsengel Michael
Blik op de geest door Mieke Mosmuller