Omdat de ziel alle mogelijkheden in zich draagt, kan zij de juiste weg niet vinden naar het midden in zichzelf. Zij is de 'albegaafde', maar ze is ook het toneel waar het gevecht om de ware menselijkheid plaatsvindt. Alle denkbare krachten vechten om haar, om haar in haar volle kracht te verwerven. Alles wat we op aarde moeten beleven, elk gevecht, alle pijn, maar ook alle geluk en vrede zijn tekenen van dit wereld-gevecht in de wereld-ziel.
De mens is niet alleen begiftigd met een ziel, hij of zij heeft ook een andere instantie, een wezensdeel dat op aarde ontwikkeld moet worden, dat nog 'jong' is, maar dat tegelijkertijd ook een instantie is die kan oordelen en vormen. Deze instantie kan het 'ik' worden genoemd, maar alleen wanneer wij het niet vermengen met het voornamelijk egoïstische 'ik', dat een deel van de ziel is. Het 'ik' wat hier bedoeld wordt is nog niet het hogere zelf, maar het is ook niet het lagere zelf. Het is het wezen dat zich kan losmaken van de ziel en een puur denken kan vormen, dat uit de ziel komt, maar dat ook een innerlijke toeschouwer is, een denken van de gedachte op zich, en een macht die ontstaat uit dit zelfbewuste denken dat zich naar de ziel kan omdraaien en haar zo vormen, dat ze verandert.
Deze veranderingen worden eigendom van de ziel zelf. Zij hoeft geen hogere instantie te gehoorzamen, maar ze is gevormd door het ik tot een puur wezen, een pure ziel. Dit proces wordt 'katharsis' genoemd. Het ik is broer, vriend en leraar van de ziel. Wanneer de tijd komt dat zij een puur wezen is dat de tweeling van het ik is, dan draagt zij de naam die wijst naar het verlangen van alle zoekenden naar wijsheid, van alle filosofen: Sophia.
Wanneer wij blijven bedenken dat de ziel niet alleen een individueel wezen is, maar ook een wezen dat gedeeld wordt met alle andere zielen in de wereld-ziel, dan kunnen wij ons indenken hoe het worden van één ziel tot Sophia van invloed is op alle zielen die er zijn. Daarom kan de katharsis nooit gezien worden als een egoïstische activiteit, alleen voor haar eigen geluk en zaligheid. Het zal altijd van invloed zijn op de wereld als geheel.
Oorlogen in de wereld kunnen gezien worden als gevechten die gevochten zouden moeten worden in de ziel. Omdat dit niet gebeurt op de juiste manier, wordt het uiterlijk oorlog. Pacifisme zou eigenlijk een activiteit van katharsis moeten zijn van alle vredezoekende zielen.
Maar het is niet alleen het denken dat verandert in deze katharsis. Denken maakt het mogelijk om te veranderen op een bewuste manier, wat betekent in vrijheid. Maar door het veranderen van onze ziel in een waarachtig bemiddelend wezen, vindt zij ook de weg naar een puur gevoel en een volledig bewust gemotiveerd handelen, dat meer en meer in volledige harmonie is met wat we het geweten noemen. Het geweten wordt een kracht die niet meer na het handelen hoeft te spreken, het zal voor het handelen spreken – en wij zullen dit spreken ervaren als spreken met onze eigen stem. Het ik, de ziel en de stem van het geweten zullen één zijn.
In de mate waarin de ziel Sophia wordt door het werk van het ik, wordt het zelfbewustzijn een spirituele kwaliteit. Geleidelijk aan komt de geest in onze nabijheid, en ik en ziel ontwikkelen zich in 'geestzelf', waar de geest geen wezen buiten het ik en de ziel meer is, maar een geheel is met hen als 'zelf'.
Phoenix in vlammen, 12e eeuw, Aberdeen Bestiary. Ik koos deze afbeelding als omslagafbeelding voor mijn boekje over het begrijpen van het denken.
De ziel, het ik en de geest door Mieke Mosmuller