In een nacht - ik was 32 - las ik het boek 'Theosofie' van Rudolf Steiner, het opende voor mij de poort naar het Al. Had ik daarvoor al het irrationele rustig van de hand gewezen, dit boek maakte het irrationele volledig rationeel, waardoor in één nacht alle angst en vrees overwonnen werd. Niet dat die daarna niet meer optrad, maar ze was niet meer 'echt'. Wel ontstond de levende vraag: Waar is die wereld te vinden, die blijkbaar zó werkzaam is, dat ze alle angst ontwortelt?
In het verloop van enige jaren begon ik die wereld in alle werkelijkheid te aanschouwen, doordat - opgeroepen door de 'Filosofie der Vrijheid' van Rudolf Steiner - de wereld van het beleefde denken voor mijn geestesoog trad, door een actueel aanschouwen van het denken als innerlijke activiteit.
Was de blik tevoren geheel gericht op de buitenwereld, vanaf het moment van de reële aanschouwing van het levende denken was er een blikveld naar de geest opgewekt.
Na zeven jaar beleven van de kracht die hier van uit gaat, begon ik te schrijven. En ik ben er - na 24 jaar - nog niet over uitgeschreven. Een evenwicht tussen binnen en buiten is gevonden en vindt zich nog steeds verder, het maakt ook kringen die steeds verder uitbreiden en weer in zichzelf terugvinden.
Een Meester van het Avondland kwam en bracht het wonder van de opstanding.
Hoewel het pneuma van de Geest stormen oproept, is er geen groter geluk denkbaar...
De Graaf van Saint Germain
Een hymne in proza door Mieke Mosmuller