Arnhem, 19-11-2019, deel 2.
Het is altijd heel moeilijk als je daarover zou willen praten in een groep van mensen die niet met de anthroposofie bezig zijn, omdat je dan eigenlijk al voordat je begint, hoort dat er gezegd zal worden: Nu ja, dat zijn samenzweringstheorieën en daar geloven wij niet in, dat vinden we onzin. Ik neem aan dat in deze groep, waarin we nu zijn, het wel mogelijk is om daarover te spreken.
Want het is wel heel duidelijk dat die ontwikkeling van de opgave van Midden-Europa met alle macht en kracht wordt tegengewerkt en dat wij natuurlijk als mensen er ook heel gemakkelijk in zouden kunnen vervallen om aan die tegenwerking mee te werken, zonder dat we dat in de gaten hebben. Je moet wel heel goed op de hoogte zijn van wat de opgave is, die ook met de opgave van de aartsengel Michael, die hij ons stelt, samenhangt. Maar dat moet je niet alleen weten, je moet ook die tegenmachten, die niet alleen geestelijk werkzaam zijn, maar die natuurlijk vooral via de mensen op aarde werkzaam worden, ook heel goed kennen.
Rudolf Steiner geeft dan twee hele grote bewegingen weer – en dan kom je dus in het bereik van wat samenzweringstheorie genoemd wordt, maar wanneer je je daarin verdiept, dan merk je dat dat eigenlijk helemaal niet het juiste woord is. Het zijn veel meer groeperingen die de wereldorde willen vormen en die groeperingen zijn verschillend van aard. Er zijn groeperingen waarvan Rudolf Steiner zegt: die willen eigenlijk het goede, daar zijn ingewijden werkzaam, maar die ingewijden zijn in onze tijd niet op de wijze ingewijden zoals dat vroeger het geval was, maar die hebben veel meer een inwijdingstraditie waarin ze zijn ingewijd. Er zijn dus groeperingen, die willen werkelijk het goede, maar hebben niet het volledige doorzicht, zoals iemand als Rudolf Steiner dat wel had. Zij kunnen zich met de doelen die ze zich stellen ook behoorlijk vergissen. Ze experimenteren en die experimenten hebben bepaalde resultaten en dat kan vaak iets heel anders zijn dan van tevoren werd beoogd. Rudolf Steiner geeft twee grote tegenwerkende groeperingen aan. Dat is de groepering die zich vooral ermee bezighoudt het materialisme met alle kracht en macht in de wereld te verspreiden en in stand te houden – en dan gaat het niet om het brengen van filosofische overtuigingen, maar het gaat om het brengen van realiteiten. Het is niet zo dat het zo belangrijk is of je met je mening een materialist bent of dat je in de geest denkt te leven, maar het gaat erom: wat is de realiteit van wat deze groeperingen tot stand brengen? En de realiteit is onder andere dat de mensen werkelijk met alle kracht en macht geklonken worden aan het materiële, opdat ze daardoor, wanneer ze sterven, niet die genadevolle vlucht, die opstijging in de geestelijke werelden zo makkelijk kunnen maken, maar dat ze eigenlijk als het ware als de ‘vliegende Hollander’ aan de aarde gekluisterd blijven . Dat is de ene kant, dat is meer de westerse kant.
Aan de andere kant (je zou dat met enig voorbehoud de oosterse kunnen noemen) hebben we meer te maken met groeperingen die veel vereringskracht kracht ter beschikking hebben en die het in hun groeperingen zo instellen dat de mensen wordt aangeleerd om hun voorvaderen te vereren. Rudolf Steiner zegt dat wanneer je dat doet, dan bereid je op een bepaalde manier niet het ziele-, maar het etherlichaam voor.
Wat je dan vermoedt is, dat je zoiets krijgt wat we hier zien, waar Ahriman en Lucifer (wijst op een afbeelding van de Mensheidsrepresentant) – hier staat Christus ertussen en dan wil Lucifer, in de aanwezigheid van Christus, niet anders dan zich omlaag storten en Ahriman wil niet anders dan zich onder de aarde in zijn goudketens vastzetten - maar in dat middengebied, daar opzij zie je wat ze eigenlijk nastreven en dat is dat ze elkaar grijpen en dat dus daar eigenlijk de Christus kracht buitengesloten is.
Die twee tegenmachten grijpen elkaar daar en dat is pas het echte boze. En wanneer je in onze tijd als Europeaan leeft, dan heb je toch wel in toenemende mate de indruk dat dat over onze hoofden heen gebeurt en dat we, terwijl je hier in Midden-Europa - en we kunnen zeker na de Tweede Wereldoorlog onszelf rekenen tot de gebieden waar de bewustzijnsziel ontwikkeld zou moeten worden-, voelt, in toenemende mate, hoe Oost en West over ons heen met de negering van ons, met het buitensluiten van ons, zich in elkaar haken. Dat zijn natuurlijk nooit de mensen, dat zijn niet de Amerikanen en dat zijn niet de Aziaten of Oost-Europeanen, maar dat zijn de groeperingen die menen te beheersen om de wereldorde te beïnvloeden en een vorm te geven.
Je voelt als Europeaan dat er van alle kanten ernaar gestreefd wordt om Europa niet die wijde blik te geven en niet die mogelijkheid te geven om het licht dat opgaat in het Avondland te zoeken, maar te overschaduwen en weg te drukken en ervoor te zorgen dat Europa hooguit nog een beetje handeldrijft en verder zich met het geestesleven helemaal niet meer op zichzelf stelt, met het rechtsleven zich laat bepalen door allerlei buiten-Europese mogendheden en met het economische leven moet vechten, natuurlijk tegen de overmacht die van buiten komt, maar daar is dan nog wel een beetje plaats voor.
Dat is iets wat je beleeft. Je beleeft natuurlijk ook dat uit dat gebied waar Europa vandaan komt, uit het Midden-Oosten, het zuiden, dat vandaaruit stromen van mensen naar Europa komen. En je kunt toch eigenlijk niet anders dan je de vraag stellen: Waar is nu eigenlijk de identiteit van Europa zelf?
We hebben – en dat zal geweest zijn in begin van deze eeuw - meegemaakt dat ons hele universitaire systeem aangepast werd aan het systeem zoals dat in Amerika bestaat. En het interessante is, dat wanneer je dan met een Amerikaan daarover spreekt die hier gestudeerd heeft, die dan zegt: Ja de ordening is van Amerika overgenomen, maar in feite is het hier ‘Amerikaanser’ dan in Amerika. Dus wat wij in Amerika als universitair leven hebben, dat is veel wetenschappelijker en uitgebreider, daar is veel meer tijd voor. Hier in Europa moet men in een soort van dwang in vier jaar een academische studie voor elkaar brengen. In Amerika is daar veel meer tijd voor beschikbaar. Je kunt het natuurlijk niet zomaar nakijken of dat zo is, maar als iemand die met beide universitaire systemen ervaring heeft dat zo beleeft, kun je in ieder geval dat als een vraagteken laten staan.
Wordt vervolgd
De Mensheidsrepresentant
Europa tussen Oost en West - deel 2 door Mieke Mosmuller