De ommekeer dient zich aan, de werkingen keren zich van buiten naar binnen. De toenemende rijkdom van buiten komt via de zintuigen tot in het innerlijk van de mens. In het ziende oog ontmoet de Wereldgeest zichzelf. Maar dat mensenoog put de kracht om zich steeds nieuw te scheppen juist uit de Wereldgeest.
Voorjaarsverwachting In het innerlijk van het Mensenwezen Giet de rijkdom van de zintuigen zich uit, De Wereldgeest vindt zichzelf In het spiegelbeeld van het mensenoog, Dat zijn kracht uit Hem Nieuw voor zichzelf moet scheppen.
Ins Innre des Menschenwesens Ergießt der Sinne Reichtum sich, Es findet sich der Weltengeist Im Spiegelbild des Menschenauges, Das seine Kraft aus ihm Sich neu erschaffen muss.
Deze weekspreuken zijn door Rudolf Steiner gegeven in 1912 / 1913: Anthroposophischer Seelenkalender.