Ja er zijn op het ogenblik een heel aantal videos te bekijken over vaccinatie. Wanneer je je wilt informeren over de verschillende opvattingen over de verschillende vaccins die er zijn dan is er op youtube heel wat te vinden. Dus ik wilde dat onderwerp op het moment even laten liggen, en naar een andere reflectie overgaan. Ik heb de vorige keer gesproken over het complotdenken vanuit de gedachte dat het een buitengewoon natuurlijke neiging van de mens is om achter de onbegrijpelijke verschijnselen de begrippen te zoeken en dat je een complotdenker eigenlijk op die manier zou moeten begrijpen. Natuurlijk kan het ontaarden, naar de ene of naar de andere kant, ik heb het naar de ene kant de makke schapen genoemd, die zelfs dom genoemd kunnen worden omdat ze zich helemaal niets afvragen, en aan de andere kant de paranoïde mens, die te ver zoekt. Maar zo zijn er natuurlijk meer thema's die je op die manier kunt bekijken en ik heb de afgelopen week net zoals iedereen de nieuwsberichten en de alternatieve kanalen gevolgd, en wat er dan naar voren komt, is nog eens een keer hernieuwd een soort fundamentele vraag. En ik weet dat heel veel mensen daar allang een antwoord op hebben gegeven of gevonden, maar ik wil die vraag nog eens nieuw stellen, en dat is de vraag “hoe moet het nu opvatten wanneer je naar de regeringsleiders kijkt?” is het nu werkelijk zo dat die hun beleid baseren op de ernstige zorgen over de pandemie die ze zich zeggen te maken, of moeten we het onbegrijpelijke wat we daarin vaak moeten constateren toch toeschrijven aan een daar achter liggend scenario. Dat is natuurlijk toch een heel belangrijke vraag en die kun je niet zomaar beantwoorden maar ik wil een poging doen vandaag om eens na te denken over de gedachte wat als de regeringsleiders werkelijk geloven in wat ze doen. Dus laten we eens aannemen, we zeggen alle complottheorieen vaarwel, en we hebben nog maar een complottheorie over en dat is dat we zien dat de regeringen globaal zich ernstig zorgen maken over deze pandemie en dat ze op grond daarvan bepaalde maatregelen nemen die voor de burger niet altijd zo vanzelfsprekend zijn, en sowieso heel vervelend.
Als we daarvan uit gaan dan hebben we de afgelopen weken een beeld gekregen van regeringen die in paniek raken over het feit dat ze in de eerste plaats een vaccinatieprogramma moeten ontrollen, wat op zich natuurlijk een hele onderneming is om het uit te voeren, om de vaccins op de plaats te krijgen enzovoort maar ook om de burgers zover te krijgen om zich te laten vaccineren. Dus er zijn grote reclamecampagnes en ondersteunende programma's gelanceerd waardoor je als burger zin moet krijgen om je te laten vaccineren. Dat is wat we zien, en dan zien we tegelijkertijd, min of meer, een nieuwe variant optreden. We zien dat daar een mutatie van het virus rondwaart en deze mutatie zou veel besmettelijker zijn, er worden ook weer percentages genoemd, het valt moeilijk te vatten hoe je dat dan weer moet zien, maar veel besmettelijker, en daarom oh jee die waait over naar het vaste land, die waait over naar de hele wereld en wat moeten we nog doen want onze lockdowns zijn al ongeveer tot het maximum gebracht, het maximum haalbare dus je ziet een geweldige stof opwaaien en dat heeft bij mij de wens of de wil opgeroepen om vandaag te spreken over de beperkingen van de natuurwetenschap. Want dat is volgens mij wat we nu hoe dan ook zien. In de natuurwetenschap, wanneer die medisch wordt, dan zien we eigenlijk dat we alleen maar mogelijkheden hebben om bepaalde symptomen, bepaalde waarden, bepaalde tests uit te voeren die een beeld geven van de situatie op 1 moment. We zijn niet in staat om een heel verloop van een ziekte van milliseconden naar milliseconden vast te leggen. En daar ligt natuurlijk een heel groot probleem, want zo heeft het virus natuurlijk een bepaalde gang die met het leven van het virus eventueel en de mensen te maken heeft, en die gang kunnen wij helemaal niet volgen want wij hebben alleen maar bepaalde maten op bepaalde momenten. En die zien we dan in onze grafieken. Die zien we in aantallen en die zien we in beschrijvingen van symptomen. En je ziet dan de onmacht van de wetenschap om met dit verschijnsel om te gaan. Het is bijna lachwekkend, als het niet zo tragisch was. Ik moest denken aan de introductie van het verschijnsel film. Waarbij de illusie van bewegend leven wordt geschapen doordat er een oneindig aantal foto’s worden gemaakt die achter elkaar worden afgedraaid, waardoor die illusie tevoorschijn wordt geroepen. Als u nu naar mij kijkt, dan denkt u dat u mijn levende verschijning ziet, maar ik ben in mijn optreden hier eerst in ik weet niet hoeveel kleine fotootjes opgedeeld die daardoor dat ze achter elkaar in een vloeiende beweging worden afgedraaid de illusie van een levende mens scheppen. Zo werkt ook onze medische wetenschap. Die kan werkelijk alleen maar momentopnames tevoorschijn brengen, maar het leven dat waardoor je een levend wezen bent, het verschil wat je maakt met het lijk van een dode, dat waardoor je een levend wezen bent, dat leeft nu juist tussen die verschillende toestanden in. Die toestanden zijn alleen maar momentopnames. En niet de werkelijkheid, de werkelijkheid leeft tussen die opnames in. In deze tijd kun je met heel veel vreugde kijken naar het snelle groeien van een amaryllis. Die krijg je in een knol en die begint hoog te komen, en dat gaat zo snel dat je zegt je kunt hem bijna zien groeien. Maar je kunt het niet. Je kunt het absoluut niet. Je ziet vandaag hoever hij gegroeid is, of zij, en morgen zie je de volgende fase, of misschien een uur later al, maar dat wat ertussen ligt dat is eigenlijk het groeiproces. En onze verstandelijke natuurwetenschap kan dat niet kennen. En dat is wat we zien wanneer we nu naar de situatie kijken in de wereld met COVID-19. De wetenschapper meent dat het verstand van de mens ertoe in staat is om te doorgronden welke maatregelen er moeten worden genomen en te doorgronden of die maatregelen ook effect hebben. Maar dat kan het menselijke verstand helemaal niet. Goed, dan schakelen we de computer in, dan vragen we die om te berekenen op grond van ontwikkeling die we al gezien hebben berekenen we door hoe het zal gaan. Maar die computer kan het al helemaal niet. Want waar het menselijke verstand zich tot het leven verhoudt als een film tot de werkelijkheid, zo verhoudt de computer zich tot het menselijke verstand als een film tot de werkelijkheid, dus dat is nog een stap verder vandaan van wat de werkelijkheid is. En terwijl je in het leven kunt meemaken dat er een exponentiële groei van een verschijnsel optreedt, die gevolgd wordt door een plotselinge daling, onbegrijpelijk, is dat in het mathematische beeld van een exponentiële groei natuurlijk helemaal niet het geval. Is er dan exponentiële groei dan gaat dat tot in het oneindige omhoog. Maar in het leven niet, daar kan het plotseling omkeren en dalen zonder dat iemand kan vatten waardoor dat nu komt.
Ik herinner me de kinderboekjes van vroeger, waarin nog beschreven werd hoe een kindje een ernstige ziekte kreeg en dan hoge koorts ontwikkelde totdat de crisis kwam. Vader en moeder en de dokter zaten dan met angst en beven bij het bed van het kindje te wachten tot de crisis kwam. En als die crisis dan kwam, dat was als het ware het hoogtepunt van de exponentiële groei, dan was het erop of eronder. Dan haalde het kind het of het haalde het niet. Rampzalige tijden moeten dat geweest zijn en we zijn natuurlijk heel blij dat onze wetenschap ons daaruit heeft geholpen. Maar het leven werkt wel zo. Wanneer iemand stervende is, dan kun je deze persoon, terwijl deze sterft nog hopen te redden, terug te halen naar het leven, en even na de dood kan het misschien ook nog door reanimatie maar dan is het voorbij. En dan kan er een grafiek geweest zijn, hoe dan ook, maar dan is het leven geweken. De medicus, de praktiserende arts, heeft zijn handelen nog voor een deel berustend op de ervaring en de daaruit voortkomende intuïtie. De statistiek kan dat helemaal niet. We moeten dat heel goed weten. De levende dokter die de patiënt in levende lijve bij zich heeft, heeft nog intuïtie. Berustend op ervaring. Die vraagt dan ook aan de patiënt zet alsjeblieft je mondkapje af want anders kan ik jouw toestand niet beoordelen. De statistiek heeft hele andere principes. En hoewel die in bepaalde gevallen wel verhelderend kan zijn is het inde geneeskunde een onding om daar therapie of maatregelen op te doen berusten.
Ik zou zeggen het wordt tijd dat de wetenschap, als eerste, en als tweede de technische intelligentie, dat die de bescheidenheid gaan ontwikkelen ten aanzien van het leven dat met verstand en techniek niet kan worden doorgrond. Er is geen mogelijkheid om in de overgangen tussen de toestanden mee te beleven wat er gebeurt tenzij de wetenschapper zijn verstand, zijn denken, in ontwikkeling brengt. Dat zou kunnen. Maar dat is geen onderdeel van een universitaire opleiding.
Je ziet dan dus nu de machteloosheid van het verstand. Als we ervan uit gaan dat er geen boze opzet in het spel is, maar dat de regeringsleiders werkelijk bezorgd zijn en van daaruit handelen dan zie je de onmacht van de wetenschap, van de adviezen. Van datgene waarop men de maatregelen baseert. En er wordt vaker gesproken van een strijd. Maar als het een strijd is dan is de handelwijze al helemaal ridicuul. Dan zouden we de strijd ook werkelijk aan moeten gaan en dat zou betekenen dat we alles opengooien en dat we ons immuniseren door de werkelijkheid van het virus. Want dat zal wegen blijven zoeken om de mensheid te infecteren. Als het niet is langs deze weg, dan wel langs een andere. Daar is geen ontkomen aan maar dat schijnt men niet te begrijpen. En wanneer we dan die strijd aan zouden gaan, dan zouden we werkelijk een kans hebben op een overwinning. We zouden moeten weten het werkelijke leven waarmee we te maken hebben wanneer we het over ziekte en gezondheid hebben, dat onttrekt zich aan onze waarneming en aan ons verstand. En wanneer we maatregelen willen nemen, dan moeten dat geneeskundige maatregelen zijn en geen sociale.
Maar als we dan over een strijd spreken dan moeten we toch ook weten: met vluchten is nog nooit een strijd gewonnen.
COVID-19: de onmacht van de wetenschap door Mieke Mosmuller