Weekspreuk 32, 10 - 16 November |
Weekspreuk 21, 25 - 31 Augustus |
|
Ik voel hoe vruchtdragend eigen kracht, Zich sterkend mij aan de wereld geeft, Mijn eigen wezen voel ik kracht ontplooiend Om zich tot helderheid te wenden In het weven van het levenslot. |
Ik voel hoe vruchtdragend vreemde macht, zich sterkend, mij aan mijzelf geeft, De kiem voel ik rijpend En vermoeden lichtvol weven In het innerlijk aan de macht van de zelfheid. |
|
Ich fühle fruchtend eigne Kraft Sich stärkend mich der Welt verleihn; Mein Eigenwesen fühl ich kraftend Zur Klarheit sich zu wenden Im Lebensschicksalsweben. |
Ich fühle fruchtend fremde Macht Sich stärkend mir mich selbst verleihn, Den Keim empfind ich reifend Und Ahnung lichtvoll weben Im Innern an der Selbstheit Macht. |
De eigen kracht wordt nu steeds meer voelbaar. In de zomer was het een vreemde macht die werd gevoeld, nu is het de eigen kracht. In de zomer werd deze vreemde macht ons gegeven, nu geven we onze kracht aan de wereld. We kunnen ons eigen wezen als kracht ontplooiend leren beleven, een kracht die zich zo ontvouwt dat we steeds duidelijkere doorschouwen hoe het karma weeft in de wereld.