Wat we de vorige week beleefd hebben, wordt nu nog sterker. Het is de warmte van de geest die de winterdiepten verwarmt. De schijn van de wereld, dat is niet het volle zijn, wordt nu tot reële macht van het zijn. De krachten van het hart geven deze macht. We kunnen leren te voelen dat de innerlijke warmte, het vuur van de ziel, als een macht werkt om de koude van de wereld te weerstaan.
In winterse dieptenVerwarmt het ware zijn van de geest;Het geeft de wereldschijnDoor hartekrachten bestaansmachten;Het zielevuur in het menselijke innerlijkWeerstaat versterkend de wereldkoude.In winterlichen TiefenErwärmt des Geistes wahres Sein;Es gibt dem WeltenscheineDurch Herzenskräfte Daseinsmächte;Der Weltenkälte trotzt erstarkendDas Seelenfeuer im Menscheninnern.Deze weekspreuken zijn door Rudolf Steiner gegeven in 1912 / 1913: Anthroposophischer Seelenkalender.
Weekspreuk 43, 26 januari - 1 februari door Mieke Mosmuller